Geneesmiddelen kunnen op diverse manieren een relatie met suïcidaal gedrag hebben. Deze cursus voor huisartsen, praktijkondersteuners en apothekers bespreekt de diverse aspecten van geneesmiddelengebruik in relatie tot suïcidaal gedrag met als doel ook op dit gebied de mogelijkheden tot preventie van suïcidaal gedrag te bevorderen.
Tussen 2007 en 2014 is het aantal suïcides in Nederland met 37% toegenomen. Dit was aanleiding voor het opstellen van de Landelijke Agenda Suïcidepreventie. Deze richt zich op de invoering van werkzame maatregelen om het aantal suïcides te verminderen. Diverse domeinen uit de samenleving zijn hierbij betrokken, waaronder de verkeers- en vervoersector, onderwijsinstellingen en zorgprofessionals. Als zorgprofessional kunt u te maken krijgen met patiënten met suïcidaal gedrag.
Geneesmiddelen kunnen op diverse manieren een relatie met suïcidaal gedrag hebben. Enerzijds heeft het gebruik van geneesmiddelen een preventief effect. Denk aan de medicamenteuze behandeling van psychiatrische aandoeningen, zoals depressie, schizofrenie, angststoornissen en bipolaire stoornissen. Maar geneesmiddelen kunnen ook een negatieve invloed hebben doordat zij suïcidaal gedrag opwekken of versterken. Ten slotte kunnen geneesmiddelen in hoge doseringen gebruikt worden bij (pogingen tot) suïcide.
Deze e-learningcursus bespreekt de diverse aspecten van geneesmiddelengebruik in relatie tot suïcidaal gedrag met als doel ook op dit gebied de mogelijkheden tot preventie van suïcidaal gedrag te bevorderen. Deze e-learning beoogt daarnaast apothekers, huisartsen en POH’s GGZ handvatten te geven om suïcidaal gedrag te herkennen en hierover te praten met patiënten.
Na afronding van deze cursus kunt u: