![]() |
Het programma dat Docendo Orbis aanbiedt, is bestemd voor zowel tandartsen/mondhygiënisten als voor huisartsen en hun praktijkondersteuners (PM's en POH's) en omvat twee ogenschijnlijk niet-congruente onderdelen; zorg aan kwetsbare ouderen en het praktijkmanagement.
Zowel het aantal als het aandeel ouderen in de bevolking neemt toe en dankzij goede mondzorg beschikt een groeiend deel van hen over de eigen (rest)dentitie. Een groot deel van deze groep is voor de (tandheelkundige) zorg aangewezen op de algemene mondzorg- of huisartspraktijk, doordat steeds meer ouderen zo lang mogelijk zelfstandig (moeten) blijven wonen. Dit heeft voor de zorgverleners in de eerste lijn belangrijke consequenties. Onder invloed van deze en andere maatschappelijke ontwikkelingen zullen juist deze categoriëen zorgverleners een veranderingsproces doormaken dat gevolgen heeft voor zowel de organisatie-grootte als -vorm. De veranderings- en transitieprocessen maken het nooodzakelijk dat een efficiënt en gestructureerd management wordt gevoerd.
Het programma omvat drie onderdelen:
Kwetsbare ouderen en zeker geriatrische patiënten worden steeds vaker door meerdere zorgverleners tegelijk behandeld; praktijkondersteuners, artsen, tandartsen en mondhygiënisten dienen hun bemoeienis en expertise vaker af te stemmen in een zinvollere vorm van multidisciplinaire samenwerking. Bij het inrichten van hun praktijk moeten zorgaanbieders voldoende aandacht schenken aan een, voor de vaak minder mobiele oudere, toegankelijke infrastructuur. Gezien het generalistische, continue en integrale karakter van de huisartsgeneeskunde lijkt de huisarts bij uitstek geschikt voor de begeleiding van terminale patiënten. Door betere behandelmogelijkheden komen ouderen vaker in een verder gevorderd stadium van hun ziekte en ondergaan zij intensievere behandelingen. Hierdoor wordt de zorg in het palliatieve terminale stadium arbeidsintensiever en complexer. Een juiste attitude, kennis en vaardigheden van huisartsen, naast de rol van de tandarts en mondhygiënist zijn vereist bij thuisverpleging en consultatie.
Toegang tot collegiale consultatie, bijeenbrengen van disciplines of elementen uit het vakgebied doen de praktijkvorm waarbij de huisarts, tandarts of mondhygiënist met één enkele assistent werkt, terrein verliezen; schaalvergroting heeft voordelen, maar ook de risico's nemen toe. Nut en noodzaak van gestructureerd leidinggeven zijn evident aanwezig. De training richt zich ook op de paktijkmanager en praktijkondersteuner. Hierin weerspiegelt zich het doel van de nascholing: het opbouwen en in stand houden van een efficiënt georganiseerde praktijk. Soms zijn onderwerpen in deze training, die twee onderdelen kent, uitsluitend gericht op de organisatie van de tandarts-, mondhygiënist- dan wel huisartspraktijk en voeren de disciplines de betreffende (cursus-)taak unilateraal uit, vaker echter zijn de leeronderdelen bestemd voor alle cursisten. Theorie en praktijk worden door een hoge mate van interactie bij elkaar gebracht: de theoretische presentatie wordt direct vertaald naar het concrete gedrag van de cursisten.
Leerdoelen: de benadering van de toenemend benodigde complexere mondzorg bij ouderen en chronische zieken. Een oriëntatie op kwetsbare ouderen bij het inrichten van de praktijk van huisartsen, tandartsen en mondhygiënisten. De rol daarin en daarbij van de PM en de POH. Een adequate omgang van zorgverleners in de 1e lijn met (kwetsbare) ouderen als afwijkend van de 'reguliere' zorg in de algemene praktijk. Afstemming van bemoeienis en expertise van artsen, tandartsen, mondhygiënisten, PM